Winston Wolfe
6 oktober 2017 — By Mathias Vermeulen

Wetenschappelijk

Wij komen wel eens op plaatsen, om te gaan spreken of een sessie te geven over leren en technologie. Wat ons dan vaak opvalt, is dat er op vlak van leren en technologie best wel wat ‘believers’ zijn, wat logisch is uiteraard. Maar evenzeer een pak mensen die hoegenaamd niks moeten weten van de technologische […]

Wij komen wel eens op plaatsen, om te gaan spreken of een sessie te geven over leren en technologie. Wat ons dan vaak opvalt, is dat er op vlak van leren en technologie best wel wat ‘believers’ zijn, wat logisch is uiteraard. Maar evenzeer een pak mensen die hoegenaamd niks moeten weten van de technologische revolutie in hun organisatie. Wat ergens misschien óók logisch is. In deze discussies wordt helaas dan – en enkel dan – door de ‘non-believers’ de kaart getrokken van ‘hoe wetenschappelijk onderbouwd is die technologische aanpak dan wel?’ of ‘is er al onderzoek geweest naar de effecten van technologie X, Y of Z op leren’?

Op zich meer dan terechte vragen, laat daar hoegenaamd geen twijfel over bestaan. Integendeel, ook wij vinden het uitermate belangrijk dat er kritische vragen worden gesteld en dat de link tussen leren en de evidence-based aanpak altijd hoog op de agenda staat. Ons hart bloedt daarom als deze kritische, wetenschappelijke vragen enkel gesteld worden als men ergens niet in gelooft. Als was het een stok om mee te slaan. Terwijl men zelf lustig verder doet met 70:20:10’en, MBTI’en, leerstijlen en andere ‘linker hersenhelft vs. rechter hersenhelft’ zaken.

Gejuich

Mijn eerste blogrepliek focuste op het deze week verschenen artikel van Jane Bozarth getiteld ‘Counterpunch‘, dat – hoewel niet-wetenschappelijk onderbouwd – perfect omschreef hoe je in deze situaties kan omgaan. Counterpunch, nu al het woord van de maand!

En toen kwam ook Pedro De Bruyckere deze week met een blogpost waarin hij verwees naar een artikel waarin – wel wetenschappelijk onderbouwd – de effecten van ed-tech op de leerprestaties van studenten besproken werden. Twee vliegen in één klap dus. Daarom willen we je de – hieronder letterlijk overgenomen – conclusies niet onthouden. Vooral die over ‘behavioral intervention software’ intrigeerde ons:

  • “Access to technology may or may not improve academic achievement at the K-12 level (Years 1–13), but does have a positive impact on the academic achievement of higher education students (ES=+0.14).”
  • “Computer-assisted learning, when equipped with personalization features, was an effective strategy, especially in maths.”
  • “Behavioural intervention software, such as text-message reminders or e-messages instructing parents how to practice reading with their children, showed positive effects at all levels of education and was also a cost-effective approach. Four main uses for behavioral intervention software emerged: encouraging parental involvement in early learning activities, communication between the school and parents, successfully transitioning into and through higher education, and creating mindset interventions. Research is recommended to determine the areas where behavioral intervention software is most impactful.”
  • “Online learning courses had the least amount of research to examine and showed the least promise of the four areas. However, when online courses were accompanied by in-person teaching, the effect sizes increased to scores comparable to fully in-person courses.”

Bron van de studie: Education technology: an evidence-based review (August 2017), National Bureau of Economic Research (NBER) Working Paper No. 23744

En nu?

Wees kritisch! Blijf kritisch! Niet enkel tegenover de aspecten waar je minder geloof aan hecht, of minder vertrouwen in hebt. Maar evenzeer tegenover de praktijken die op vandaag al langer ingebed zijn in je organisatie. Ga op ‘onderzoek’ uit, lees blogposts en boeken en volg mensen op sociale media. Wie of wat? Hieronder alvast onze selectie.

Succes!